Oplossingen van de opgaven van hoofdstuk 19


  1. Kenmerkend voor RISC: De ARM kent complexe instructies en de set is zeker niet beperkt. De MIPS is wat meer zuiver in de RISC leer.
  2. Van een processor in een embedded systeem is vaak bekend wat deze moet gaan uitvoeren. Gevolg is dat er geen overkill aan computing power ingezet hoeft te worden, wat het energieverbruik ten goede komt. Ook zal het aantal bits waarmee de processor werkt niet groter gekozen worden dan nodig. Het kan handig zijn om een microcontroller toe te passen mits de I/O die geboden wordt goed past bij de eisen die aan het systeem gesteld worden.
  3. De I2C bus is een datacommunicatiesysteem om modules in een complex electronisch apparaat te laten communiceren. Het is een tweedraads verbinding.
  4. JTAG is een implementatie van extra hardware op een chip of schakeling waarmee het mogelijk is deze eenvoudig te testen. Een zogenoemde boundary scan is mogelijk waarmee de signalen op de aansluitingen life kunnen worden gemeten en gemonitord.
  5. Per robot zullen een voordeel en nadeel noemen, waarbij het voordeel voor een systeem vaak een nadeel is voor een ander systeem.
  6. Alle systemen hebben een sterk gelaagde architectuur. Alle systemen hebben de mogelijkheid voor 3D graphics, een webbrowser en een touchscreen bediening. Alle platvormen gebruiken een moderne object georienteerde taal als ontwikkeltaal voor applicaties.
  7. Enkele toepassingen van smartcards zijn: prepaid kaarten voor telefoon, sim kaarten, chipknip en creditcards, ov-chipcard.